Commissaris van de Koningin

Zijn voormalig lidmaatschap van de Nederlandse Unie bleef De Quay na de oorlog achtervolgen. Willem Drees wilde hem bijvoorbeeld om die reden niet in zijn kabinetten. Een onderzoekscommissie boog zich in 1946 over de organisatie en De Quay werd gezuiverd. Niet lang daarna werd hij benoemd als Commissaris van de Koningin in Noord-Brabant en begon de gelukkigste en meest succesvolle periode uit zijn loopbaan.

Hij bleek een belangrijk lobbyist voor de provincie, die onder zijn leiding een grote economische opleving kende. Zo speelde hij een belangrijke rol bij de komst van de Technische Hogeschool naar Eindhoven in 1957 en was hij als president-curator jarenlang nauw bij de organisatie betrokken. Hij zette zich ook in voor de ontwikkeling van het culturele leven en stond aan de wieg van het Brabants Orkest, het Zuidelijk Toneel en de provinciale Culturele Raad.