Zijn leiderschap bij Philips kwam Frits niet aanwaaien. Als enige zoon van topman Anton Philips moest hij zich wel degelijk bewijzen. In 1930 begon Frits als bedrijfsingenieur in het concern en werd verantwoordelijk voor de planning en coördinatie van de bakelietproductie. Hij was inmiddels getrouwd met Sylvia van Lennep, die hij ontmoette tijdens zijn studie Werktuigbouwkunde aan de TH in Delft. Ze zouden samen vier dochters en drie zonen krijgen.

Frits klom in korte tijd op tot bedrijfsleider van diverse afdelingen. Vanaf 1933 kreeg hij ook commerciële verantwoordelijkheid. Die promoties waren ongetwijfeld gebaseerd op wat hij presteerde, al zal het hem zeker geholpen hebben dat hij tot de Philips-clan behoorde en daardoor extra opviel. In 1935 werd Frits benoemd tot onderdirecteur van Philips en toen zijn vader in 1939 aftrad als president van de NV en schoonzoon Frans Otten hem opvolgde, werd Frits directeur van het concern.