Actief in de politiek

Miet riep KAV-leden herhaaldelijk op politiek actief te worden. Zelf zat ze vanaf 1953 namens de KVP (sinds 1980: CDA) in de Tilburgse gemeenteraad en was in 1972 verantwoordelijk voor de eerste emancipatienota van Tilburg. In datzelfde jaar werd ze onderscheiden als ridder in de orde van Oranje-Nassau voor haar werk in de gemeenteraad en in een nationale adviescommissie voor de arbeid van meisjes en vrouwen. Toen ze 25 jaar in de politiek zat, kreeg ze de grote zilveren legpenning van de gemeente Tilburg.

In 1978 werd Miet van Puijenbroek de eerste vrouwelijke wethouder van Tilburg, verantwoordelijk voor Sociale Zaken en Cultuur. In tijd van bezuinigingen was dat geen dankbare klus. Toch kreeg ze het bijvoorbeeld voor elkaar dat Tilburg als eerste stad een monumentenverordening kreeg.

Van 1966 tot 1980 was Miet bovendien Statenlid voor Noord-Brabant. De laatste twee jaar moest ze dit combineren met haar wethouderschap. Ze was met 11.000 voorkeursstemmen gekozen en wilde haar kiezers niet teleurstellen. Uiteindelijk bleek het toch te zwaar en verliet ze Provinciale Staten.