Politicus en bestuurder

Vanaf 1775 was Verhees actief in het lokale bestuur, onder andere als borgemeester (‘penningmeester’) en schepen van Boxtel. Het was een roerige tijd, waarin Brabant als een interne kolonie economisch uitgebuit werd en katholieken alleen bestuursfuncties mochten vervullen als er geen geschikte protestanten voorhanden waren. Om die reden werd Verhees in 1790 ontslagen.

Bij het ontstaan van de Bataafse Republiek (1795) werd hij gekozen tot president-schepen. Ook was hij een van de kartrekkers van Bataafs Brabant en werd hij gekozen als volksvertegenwoordiger in de Nationale Vergadering, voorloper van de Tweede Kamer.